De Strijd
1. Doel van dit geschrift Wij zullen dan eerst iets zeggen over Satans werkzaamheid en doel. Dan willen wij een en ander nagaan over de tijd van de Handelingen over wat Paulus over latere tijden zei en ook over de toestanden gedurende de laatste levensjaren van Paulus. Dan laten wij de “Apostolische Vaders” aan het woord om van hen iets te leren aangaande de eerste eeuwen. Zo komen wij tot de Roomse Kerk en de Hervorming. Tenslotte voegen wij er nog iets aan toe over de hedendaagse tijden. Er zal niet gesproken worden over misbruiken en bijzaken, maar zoveel mogelijk over de basis: Wat is de verhouding van de Christenheid en haar groepen ten opzichte van Gods Woord en Gods Volk.
Als men alles van achteren beschouwt, is het merkwaardig te zien hoeveel er over
gevolgen gesproken, geschreven, getwist en gevochten is en hoe weinig over de oorzaken.
Wij menen goede redenen te hebben om de hoofdoorzaak van alle verdeeldheid en zwakheid
in het Christendom toe te schrijven aan het niet letterlijk geloven (waar dat enigszins
mogelijk is) van al wat de door God geďnspireerde profeten geschreven hebben. Dat nietgeloven uit zich in het bijzonder op twee wijzen, die, voor wat ons onderwerp betreft, deze
zijn:
Eigenlijk is het tweede punt meestal een gevolg van het eerste. Als men dit nu voor ogen
houdt, zal men begrijpen, hoe zwak de gelovigen van deze bedeling gestaan hebben in hun strijd
tegen de overheden en andere geestelijke wezens. Zij hebben het zwaard des Geestes, Gods
Woord, niet genoeg gebruikt. De eerste eeuw toont een nagenoeg volkomen zich afkeren van
Paulus en een zich toeëigenen van Israëlitische voorrechten, ceremoniën enz. die dan
vermengd werden met heidense gebruiken. Daaruit kristalliseert zich de Roomse Kerk. Later
wordt de strijd hervat door de Hervormers, doch al voelden die grote mannen dat vele dingen
niet in orde waren, de grondfout zagen zij niet helder in. Zij kwamen dichter bij wat Paulus
in zijn eerste periode (gedurende Handelingen) leerde, doch volgden hem niet in wat hij
gedurende zijn tweede periode bekend maakte over de Grote Verborgenheid. Zij gingen dan
ook voort de profetie te vergeestelijken. Dat was en is nu nog het zwakke punt van de
Hervorming. Men kon (kan) wel wijzen op allerlei misbruiken van de Roomse Kerk, op allerlei
dingen waarvoor geen goede grond bestaat, noch in Gods Woord, noch zelfs bij de
Apostelen en Kerkvaders, men blijft toch zwak staan tegenover het aannemen van de “Apostolische overlevering”. Neemt men met Paulus geen nieuwe bedeling aan na
Handelingen, dan moet men onvermijdelijk op de 12 Apostelen van Israël teruglopen, naar
hun overlevering en niet op wat in Gods Woord geschreven staat. En dan is ook de strijd
nagenoeg verloren, want het enige wapen verliest door vergeestelijking zijn kracht. De
tegenwoordige toestand van het Christendom bewijst in hoeverre het Gods Woord niet heeft
gebruikt, dus gesloten heeft laten liggen. 2. Terug tot de Schriften Voor Israël was verootmoediging de weg tot de ware rust (Lev. 16:29, 31 enz.). Nederigheid (ootmoed) geeft een goede plaats in het koninkrijk ( Mt. 18:4). Wie zich vernedert (verootmoedigt), zal verhoogd worden (Mt. 23:12). De Here Zelf heeft Zich vernederd (verootmoedigd — Fil. 2:8). Als men denkt iets te zijn, komt men tot niets. God moet alles zijn. Ook Gods Woord moet alles zijn. Het andere staat slechts de waarheid in de weg. Willen wij dus de volle waarheid, dan ook ware en volle ootmoed. Paulus spreekt er zo in het bijzonder over juist in zijn Gevangenschap-Brieven (Ef. 4:2; Fil. 2:3; Kol. 3:1, 2). Men denke dus niet, dat wij beweren alles nu juist te weten en dat dan onder min of meer bevattelijke vorm hier wensen neer te schrijven. Neen, al zouden onze uitdrukkingen soms kunnen doen denken, dat wij menen de volle waarheid uit te drukken, dan staan wij nog niet op het standpunt de waarheid uitsluitend en alleen te bezitten. Wij schrijven onze overtuiging neer, maar weten, dat deze de waarheid alleen wil benaderen. Dit te erkennen is de enige weg tot de waarheid. Wij hebben vele andere meningen nauwkeurig onderzocht en over de meeste zaken schrijven wij dan ook slechts na lang onderzoek. We menen daarom de waarheid meer te benaderen dan anderen. Men wijze ons hierin terecht, indien men het beter meent te zien en wijze, na zorgvuldig onderzoek van onze stelling, de fouten aan. Zal de zorgvuldige lezer dan ook fouten en vergissingen in de onderdelen kunnen vinden, wij zijn verzekerd op een veilig pad te wandelen door ons geheel aan Gods Woord vast te houden en desnoods de gehele Christenheid te verwerpen. Al hebben wij dan nog zoveel eerbied en ontzag voor alle “Vaderen”, de toetssteen zal toch steeds zijn: Gods Woord en dat ten volle. Hiermee bedoelen wij, dat wij het moeten nemen geheel zoals het er staat, zowel letterlijk als geestelijk. Al wat van Israël b.v. gezegd is, nemen wij letterlijk voor Israël. Is het nog niet vervuld, dan nemen wij het voor de toekomst. Dit belet in genen dele dat wij ook de geestelijke betekenis behouden, integendeel wij hebben die nog voller. Want wij wijzen niet alleen op hetgeen wij als volk of als individu uit het verleden van Israël, maar ook op wat wij uit de toekomst van dit Volk kunnen loeren. Ook de nog niet vervulde dingen hebben een geestelijke betekenis en daarom moeten zij juist werkelijk geschieden,omdat het 't bijzondere van de geest is zich te realiseren in de werkelijkheid. Wij nemen dus ootmoedig alles aan, zoals God het ons in Zijn Woord gegeven heeft en beweren het niet beter te weten met er onze persoonlijke “geestelijke” betekenis voor in de plaats te zetten. Het is verheugend, dat er gedurende de laatste honderd jaar een merkbare terugkeer tot het zuivere Woord gekomen is. Wij menen echter in deze weg verder te moeten gaan, dan de meesten. Dit is niet de weg van succes. Ons pad zal eenzaam zijn, voor wat de mens betreft, maar wij hopen ons zo Gode beproefd voor te stellen. Een bekende Nederlandse schrijver heeft gezegd: “Lijdt de eenheid hierdoor, het wordt met diepe smart gevoeld. Wordt de eenheid er door bevorderd, het strekt tot grote vreugde. Maar hoe ook, wat de gevolgen ook zijn: handhaaf voor alle dingen de waarheid. Laat niets los van het kostelijke bezit, dat God u gaf. Strijd er voor met uw ganse hart”. Wij wensen dan ook niets los te laten van wat Paulus ons bekend gemaakt heeft. Bij ons onderzoek zullen wij genoodzaakt zijn te spreken over menselijke gedachten en geschriften. Dat is niet uit de Schriften, maar toch menen wij dat het hier ter aanvulling dienst kan bewijzen. Al is het geen basis voor ons geloof, het kan ons tonen welk de zwakheden waren van andere gelovigen, welke methoden de Satan de eeuwen door gebruikt heeft. Dat kan dienen om ons aldus beter gebruik te leren maken van het zwaard des Geestes, Gods Woord.
|