Niet - geenszins | Inhoudsopgave | Gedaante en vorm

Wat de Concordantie Leert



Wil - willen

Veel is er geschreven over Gods wil en de "vrije" wil des mensen. Een eenvoudige gelovige raakt verward in dergelijke overleggingen, die dikwijls meer wijsgerig dan schriftuurlijk zijn. Gelukkig kan ook, en vooral, een "eenvoudige" gelovige aan de meeste van die moeilijkheden ontkomen. Zoals in vele andere gevallen, bestaat ook hier (ten minste ten dele) de moeilijkheid in onze gedachten. Wij brengen ze zelf voort.

Wat zien we nu? Dat er twee reeksen woorden in het Grieks voorkomen:

  1. Thelèma-Theloo.

  2. Boulè-boulèma-boulomai.

Nu weten wij niet wat deze woorden willen zeggen, maar wij raadplegen enige teksten waar de Heilige Geest ze gebruikt. Dan vinden wij b.v. dat één der woorden der tweede reeks voorkomt in Hand. 5:38: "Want indien deze raad, of dit werk uit mensen is, zo zal het gebroken worden". De St. V. gebruikt hier "raad". Daarop volgt dan: "Maar indien het uit God is, zo kunt gij dat niet breken". Gods raad (boulè) kan dus niet gebroken worden.

Wij vinden een van die woorden ook in Heb. 6:17: "Waarin God willende ... bewijzen de onveranderlijkheid van Zijnen raad". Alles wèl nagaande, komen we tot de slotsom, dat die reeks woorden, als zij ten minste in betrekking tot God gebruikt zijn, iets aanduiden dat vast staat, niet kan veranderd worden: een onherroepelijk besluit.

Gaan wij nu de eerste reeks na, dan vinden wij b.v. "Uw wil geschiede" (Mat. 6:10). Als hier "wil" dezelfde betekenis heeft van "onherroepelijk besluit", dan is het onzin dergelijke woorden uit te spreken. Als wij, of zelfs de Heere Jezus, ook iets anders wilden, er was toch niets aan te doen. En in dit geval zeggen: "Uw wil geschiede", is zich boven God stellen, want men zou aannemen dat ook onze wil zou kunnen geschieden, tegen Gods wil in. Verder zien wij ook in Mat. 23:37: "Jeruzalem ... hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen". Dat was dus meer dan eens "gewild" en toch niet gedaan, het was dus geen "onherroepelijk besluit".

Ook van mensen is deze "wil", meer een verlangen of een wens, dan iets dat vast besloten is. Zo vinden wij een woord van de eerste reeks gebruikt door Paulus in 1 Kor 7:7. "Want ik wilde, dat alle mensen waren, gelijk als ik zelf ben". In de vertaling, uitgegeven door Voorhoeve luidt het: "Ik wenste echter, dat alle mensen waren evenals ik".

Wij leren dus uit de Schrift zelf te onderscheiden tussen deze twee reeksen woorden. Verdere teksten kunnen ons hierin nog meer zekerheid geven. Komen wij nu tot een tekst, waar de betekenis afhangt van die van het woordje "wil", dan moeten wij niet meer aarzelen. Geen mens zou ons dan beter kunnen helpen dan Gods Woord het deed. Laat ons, een paar dergelijke teksten onderzoeken.

  • "Welke wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen" (1 Tim. 2:4). Welk woord is hier gebruikt voor "wil"? Een van de eerste reeks. Het is dus Gods wens, zoals in betrekking tot Jeruzalem. Was het een woord van de tweede reeks geweest, dan was het Gods besluit geweest en kon men alleen op grond van deze tekst zeggen, dat dan ook alle mensen zalig zullen worden, vermits God het besloten heeft en deze raad onveranderlijk is.

  • In Kol. 1:9 zegt Paulus: "Waarom ook wij ... niet ophouden voor u te bidden en te begeren, dat gij moogt vervuld worden met de kennis van Zijnen wil, in alle wijsheid en geestelijk verstand". Gods raad of onveranderlijk besluit is gemakkelijker te kennen dan Zijn wil. Het eerste omvat het gehele Voornemen der eeuwen (Ef. 3:10). Onze positie staat vast in dit voornemen (Ef. 1:11). Wij moeten beginnen met uit Gods Woord, Gods raad te leren kennen en dat is betrekkelijk gemakkelijk, al zijn er weinigen die het doen.

    Gods "wil" of wens echter, betreft meer onze wandel. Daarom laat Paulus erop volgen: "Opdat gij moogt wandelen waardiglijk den Heere ...".

    Om Gods verlangen in alles te kennen, is Paulus' onophoudelijk gebed niet overbodig. Laat ons ook deze dingen steeds voor ogen houden: eerst moeten wij zorgvuldig het Voornemen der eeuwen kennen, de aionen, de bedelingen en onze positie, voor wij goed Gods wil (verlangen) zullen inzien en dan ook waardiglijk den Heere kunnen wandelen. Laat ons voortdurend, van onze positie bewust, tot Hem opzien, de dingen die boven zijn bedenken, opdat wij in alles steeds Zijn wil mogen kennen en er naar wandelen (Kol. 1:9,10). Zien wij de bedelingen niet goed in, dan kunnen wij niet zo goed Zijn wil (verlangen) kennen, want wij zijn nog verward in Gods verlangen betreffende andere bedelingen.

Wij vatten samen: Gods wil (besluit) bepaalt onze positie. Deze is geheel onafhankelijk van ons. Gods wil (verlangen) vraagt van ons een zekere wandel, die dus van onze "wil" afhangt.

Nu een paar teksten, waar de tweede reeks gebruikt is.

  • Hand. 2:23 leert ons, dat het Gods "onveranderlijk besluit" was, dat de Heere Jezus in de handen der Joden zou overgegeven worden.

  • De geestelijke gaven der Korinthiërs hingen niet af van hun trouw, hun wandel of iets anders, maar van Gods besluit: "Doch deze dingen alle werkt een en dezelfde Geest, delende aan een iegelijk in het bijzonder gelijkerwijs Hij wil". Om de afwezigheid dezer gaven, in onze bedeling, uit te leggen, heeft men vaak gezegd, dat de "gemeente" ze nu niet meer waardig is. Men ziet dat Gods woord duidelijk zegt, dat zij alleen van Gods besluit afhangen en niet van ons. Deze gaven passen niet in de bedeling der verborgenheid.

  • Hoe men heeft kunnen zeggen, dat sommigen door God voorbestemd zijn om verloren te gaan is een raadsel als men 2 Pet. 3:9 leest en het bovenstaande voor ogen houdt. "De Heere ... is lankmoedig over ons, niet willende, dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen". Hier staat dus juist, dat God nooit besloten heeft dat enigen verloren gaan!

Nu nog een paar teksten waar beide reeksen gebruikt zijn:

  • "Vader! of Gij wildet dezen drinkbeker van Mij wegnemen! doch niet Mijn wil, maar de Uwe geschiede" (Luk. 22:42). "Wildet" behoort tot de tweede reeks, "wil" tot de eerste. De Heere bad dus of het Zijns Vaders besluit mocht geweest zijn deze drinkbeker weg te nemen. Maar verre van te zeggen "Uw besluit geschiede", luidt het "Uw wens, uw verlangen geschiede".

  • "Wij, die te voren verordineerd waren naar het voornemen Desgenen, Die alle dingen werkt naar den raad van Zijnen wil" (Ef. 1:11).

    "Raad" behoort tot de tweede reeks, "wil" tot de eerste. Hij werkt niet naar Zijn wens of verlangen, maar naar Zijn besluit. Moest Hij naar Zijn "verlangen" handelen, dan kon geen mens voor Hem bestaan, want wij voldoen nooit geheel aan Zijn "verlangen". Hoe dankbaar mogen wij zijn voor 2 Petr. 3:9 en voor het feit, dat Hij, Die liefde is, Zijn voornemen Zelf uitwerkt en het niet van onze wandel laat afhangen. Maar dit is ook een reden te meer voor ons, om door onze wandel de heerlijkheid Zijner genade te prijzen (Ef. 1:6, 12). Daartoe zijn wij verordineerd (zie ook v. 5).

    Men lette verder op het verschil tussen Ef. 1:5, 6 en 1:11, 12. In vers 5 gaat het over Zijn "verlangen". Het is Zijn verlangen, dat wij zouden zijn tot prijs Zijner heerlijkheid.

    Het is Zijn besluit geweest ons te verordineren. Het eerste betreft onze wandel, het tweede onze positie. Zo helpt ons de Concordantie in de schijnbaar moeilijkste zaken, want zo hebben wij toegang tot de zuivere woorden van de Heilige Geest.

De mens kan met zijn wil (zij het dan een wens of een besluit) Gods wil (verlangen) tegenwerken, maar tegen Gods wil, Zijn vast besluit, kan hij niets. Door Zijn voorkennis rekent God in Zijn besluit met de handelingen der schepselen die gewoonlijk tegen Zijn verlangen ingaan. De mens kan wel opstandig zijn, maar niets aan Gods Voornemen veranderen. Al wat hij dan doet, is zichzelf en het overige der schepping schade toebrengen en God niet loven.

De aandachtige lezer zal inzien dat in het verschil tussen wil (besluit) en wil (verlangen) ook de sleutel ligt voor de oplossing van het moeilijke vraagstuk: hoe kan de mens verantwoordelijk zijn, als alles afhangt van Gods uitverkiezing en wil? Wellicht kunnen wij dit later behandelen. (Zie: "De Weg der Behoudenis").



Niet - geenszins | Inhoudsopgave | Gedaante en vorm



Home
| Over LW | Site Map | LW Publicaties | Zoeken
Ontwikkeld door © Levend Water Alle rechten voorbehouden