Zonder - buiten ... om | Inhoudsopgave | Door middel van Christus
Soms zoekt men een voorwendsel om het tekortschieten in Schriftonderzoek goed te praten door zich te beroepen op de tekst "de kennis maakt opgeblazen" (1 Kor. 8:1). Tot zulken komt de vraag, waarom God dan al die dingen heeft laten schrijven. Neem nu eens het "Oude Testament". Rom. 15:4 zegt ervan: "Want AL wat te voren geschreven is, dat is tot onze lering te voren geschreven". God heeft Zich die moeite gegeven; zullen wij nu zeggen: ja maar, kennis maakt opgeblazen? - Gaan wij eens enige teksten na, waarin van kennis en kennen gesproken wordt.
Men ziet hoe belangrijk die kennis is, waarover het hier gaat. God
wil (verlangt of wenst) kennis der waarheid. Paulus bidt en strijdt voor
die kennis. Het is nodig die kennis te hebben om waardiglijk te wandelen.
Bij de opstanding hebben wij die kennis in volmaaktheid. Nu staat ze ook
in betrekking tot de "nieuwen mens". Men kan een grote ijver tot God hebben,
doch als er geen kennis bij is, wordt tijd en moeite verspild. Wij behoeven niet bevreesd te zijn te veel van die soort kennis te hebben. God weet wat nodig en goed is en geeft ons niets te veel in Zijn woord. Die kennis zal ons behoeden tegen allerlei overlevering, dwaalleer, fantasie, dromerij. Zij beschut ons tegen ons eigen gevoel en tegen schijnbaar vrome, doch onschriftuurlijke dingen. Zo kunnen wij overwinnen in de worsteling tegen de geestelijke wezens der boosheid. Zo kunnen wij de waarheid vasthouden in liefde en in alles tot Hem, Die het Hoofd is, opwassen. Zo kunnen wij staande blijven tegen de listen (methoden) des duivels, zelfs al neemt hij de gedaante aan van een engel des lichts, en worden wij niet heen en weer bewogen en rondgevoerd door allerlei wind van leer. Volkomen "bovenkennis" hebben wij hier beneden niet. Dat is ons deel bij de opstanding. Maar nu is het onze plicht onze kennis van Gods Woord dagelijks uit te breiden, ze telkens te toetsen aan de Schrift zelve, ze te zuiveren. Anderen kunnen ons hierin helpen, maar steeds moeten wij onszelf de kennis toeëigenen. Een opstel zoals dit kan een middel zijn om uw bovenkennis te vergroten, maar men denke eraan, dat die kennis alleen in de Schriften zelf te vinden is en alle mensenwerk gebrekkig is. Wij beweren niet alles te kennen en dat in enkele bladzijden dan samen te vatten. Als men, door gedeeltelijke kennis, denkt alles te kennen, is men blind voor de volle waarheid en geen veilige gids. Men bewere ook niet dat dit of dat zonder nut is of van bijkomstige aard. Dikwijls ziet men het belang niet in van een zaak. Toch is de Schrift nuttig tot lering ... Men houde dit woord wèl in het oog. Die "bovenkennis" gaat ook gepaard met het wandelen naar Gods wil, met het uitwerken van wat Hij in ons werkt. Anders blijft het maar gewone kennis, die zo licht opgeblazen maakt. Zonder - buiten ... om | Inhoudsopgave | Door middel van Christus |