Deel I
No 11
14 Dec. 1929

Schriftonderzoek

No. 11.


Openbaring 11:7 “Het beest, dat uit de afgrond opkomt”.

Nu komen we tot het woord afgrond in De Openbaring. Eenmaal verschijnt het Beest, waarvan Op. 11 zegt, dat het uit de afgrond opkomt. Vele gelovigen menen, dat hier met afgrond de “Hel” bedoeld wordt. Zij stellen zich die voor als een brandende poel onder de aarde, menen, dat het Beest de Satan is, die uit de “Hel” opkomt, om op aarde heerschappij te voeren over de “Kerk”, de gelovigen.

We moeten t.o.v. Openb. 11:7 twee dingen weten: Wie is het Beest? Wat is het opkomen? Wellicht wordt dan de afgrond beter begrepen.

Wie het beest is, zegt de Schrift, Op. 17:11 “En het Beest, dat was en niet is, die is ook de achtste koning”. 't Is dus een koning, en wel de achtste. Is dat Satan? Neen, want hij is de Draak, die het Beest zijn kracht en troon en grote macht geeft Op. 13:2. Satan geeft zich zelf de macht toch niet, die hij al bezit. Het Beest is dus niet Satan, maar de achtste koning. Hij is uit de zeven, die vooraf gingen.

Dat Beest nu komt op uit de afgrond. In 13:2 zien we het Beest opkomen uit de zee. Dat is niet het Beest als persoon, maar het rijk van het Beest.In vs. 3 zien we een van de hoofden van het Beestrijk ten dode toe gewond. Dat hoofd nu is een persoon de Beestpersoon, de achtste koning. Hij is ten dode toe gewond, sterft, hetzij in schijn of in werkelijkheid en staat weer op.

Hij was de 7e koning en wordt na zijn opstanding de achtste. Hij is begraven geworden en komt nu uit de afgrond, d.i. het graf op. Dan verwondert zich de gehele aarde achter dat Beest Op. 13:3 en aanbidt het, vs. 4.

Dan begint het te woeden tegen de heiligen, vs. 7 en grote dingen te spreken, vs. 5, 42 maanden d.i. 3 1/2 Jaar. Hierop kunnen we thans niet in de breedte ingaan. Het is ons thans alleen te doen om het uit de afgrond opkomen te verklaren. Ons houdend aan Rom. 10 waaruit we leren, dat de afgrond het onderaardse is, menen we dat in Op. 11:7 ook het onderaardse bedoeld wordt en het de aanvulling is van Op. 13:2. Het Beest is de Antichristus, die gedood wordt, hetzij in schijn, hetzij in werkelijkheid, begraven wordt en weer opstaat als nabootsing van Gods Zoon.




Home
| Over LW | Site Map | LW Publicaties | Zoeken
Ontwikkeld door © Levend Water Alle rechten voorbehouden