Nederlandse Statenvertaling

Hosea 2

Hosea

Index

Hoofdstuk 3

 

1

En de HEERE zeide tot mij: Ga wederom henen, bemin een vrouw, die, bemind zijnde van haar vriend, nochtans overspel doet; gelijk de HEERE de kinderen Israels bemint, maarzij zien om, naar andere goden, en beminnen de flessen der druiven.

2

En ik kocht ze mij voor vijftien zilverlingen, en een homer gerst, en een halven homer gerst.

3

En ik zeide tot haar: Gij zult vele dagen na mij blijven zitten (gij zult niet hoereren, noch een anderen man geworden), en ik ook na u.

4

Want de kinderen Israels zullen vele dagen blijven zitten, zonder koning, en zonder vorst, en zonder offer, en zonder opgericht beeld, en zonder efod en terafim.

5

Daarna zullen zich de kinderen Israels bekeren, en zoeken den HEERE, hun God, en David, hun koning; en zij zullen vrezende komen tot den HEERE en tot Zijn goedheid, in hetlaatste der dagen. Hosea 4



Hosea 4

 

 

 






Home
| Over LW | Site Map | LW Publicaties | Zoeken
Ontwikkeld door © Levend Water Alle rechten voorbehouden